Verslag van Paul Keuning
Op dinsdagmiddag 27 maart jl. vond er een rondetafelgesprek plaats in de Tweede Kamer met verschillende deskundigen op het gebied van natuur en vliegveiligheid. Daarbij stond de vraag centraal ‘Hoe groot is het risico op vogelincidenten bij vliegveld Lelystad en wat kan daaraan gedaan worden?’
De bijdrage van bureau Waardenburg bij monde van Rob Lensink wekte verbazing. De conclusie van dit onderzoeksbureau, dat zegt zich zuiver op feiten te baseren, is namelijk “Dat het aantal incidenten door aanvaringen met grote vogels, laag zal zijn”. Het risico is vergelijkbaar laag als rond Schiphol, wordt gesteld in hun rapport. Naar eigen zeggen was hij onder de uitgenodigde deskundigen ‘De enige die met feiten kwam’.
Lensink kreeg veel vragen van de politici die deel uitmaken van de commissie voor Infrastructuur en Waterstaat. Hebt u echt gekeken naar recente cijfers voor wat betreft het aantal grote vogels? Zeuren die natuurorganisaties dan misschien? Van Raan van de partij voor de Dieren constateerde dat er toch een discrepantie was tussen de aanbeveling van bureau Waardenburg en de bevindingen van de andere natuurorganisaties. Van Loonen van de universiteit Groningen vroeg zich af of er met twaalf keer kijken bij het vliegveld door dit onderzoeksbureau, wel voldoende feiten boven tafel waren gehaald. Juist in de herfst en winter trekken ganzen ’s avonds vanuit de Oostvaardersplassen -dwars over het vliegveld- in grote groepen richting Arkemheense polder en de Eempolders. Ook Kees de Pater van Vogelbescherming noemde het aanzienlijke aantal grote vogels een reëel gevaar. Op weg naar voedselgebieden en naar hun slaapplaatsen kruisen ganzen, aalscholvers, ooievaars, buizerds en ook de zeearenden regelmatig op lage hoogte de naderende vliegtuigen, vlak voor de landing. De ooievaars van het Natuurpark Lelystad thermieken precies in de naderingsbaan van de grote verkeersvliegtuigen! Motoruitval doordat er een grote vogel in is gevlogen op hoogten onder de 300 meter is met lage vliegsnelheid problematisch. Een piloot heeft dan nauwelijks nog mogelijkheden om te corrigeren. Op grotere hoogte is bijsturen, doorstarten met extra vermogen op de andere motoren wel goed mogelijk.
Waardenburg bepleitte aanvullende maatregelen in het omringende gebied om het onaantrekkelijk te maken voor vogels. Denk dan in de eerste plaats aan geen graan en mais laten groeien, want dat trekt ganzen aan. Probleem is wel dat de boer baas is op zijn eigen land, de overheid heeft niet de mogelijkheid om sturend op te treden in het te verbouwen gewas. Dat geldt ook voor de suggestie om voor vogels aantrekkelijke landbouwgrond vol te zetten met zonnepanelen. Zou een goede manier zijn om minder vogels in de directe omgeving van het vliegveld te hebben Ook een mooie aanvulling voor het verkrijgen van groene stroom. Maar ook die verandering van grondgebruik ligt bij de lagere overheden. Gesuggereerd werd verder om de vos niet meer te bejagen rond het vliegveld, dan zorgt die wel dat de ganzen wegblijven.
In het uur waarin deskundigen met oplossingsgerichte maatregelen aan het woord kwamen, werd de mogelijkheden van radarwaarneming toegelicht. Daarmee zijn concentraties van vogels te lokaliseren. Met een permanent bemand radarstation zou dan de verkeersleiding tijdig gewaarschuwd kunnen worden wanneer een grote groep vogels de baan van de naderende
vliegtuigen zal kruisen. Op een aantal militaire vliegvelden wordt hier al mee gewerkt. De weerradar van het KNMI geeft voor dit doel een onvoldoende gedetailleerd beeld. Maar wat doe je dan met de gierzwaluwen die ’s avonds en ’s nachts in grote groepen de muggen achterna vliegen boven het IJsselmeer? Ook die zijn met fijngevoelige radar waarneembaar. Naderende vliegtuigen vanuit het noorden over het IJsselmeer vliegen, kunnen daarvoor dus gewaarschuwd worden. Drones met een roofvogelsilhouet zijn een effectieve manier om vogels te verjagen. Een Nederlandse firma heeft daar goede ervaren mee opgedaan op buitenlandse vliegvelden.
Om de tegenstrijdigheden op te heffen in de maatregelen, die bedoeld zijn om de veiligheid rond Lelystad Airport te vergroten, zullen binnenkort aan de minister in het Algemeen Overleg nog veel vragen gesteld worden. Moeten in het kader van faunabeheer beschermde vogels verjaagd worden rond het vliegveld? Mitigerende maatregelen zijn volgens de ICAO nodig in een cirkel van 13 kilometer rond een vliegveld. Liggen de Oostvaardersplassen dan verkeerd, namelijk op 5 km, of moet een toekomstige luchthaven dan niet liever in Groningen aangelegd worden? De internationale luchtvaartautoriteit bestempelt de hele provincie Flevoland, inclusief de Randmeren als een ‘heavy risk area’, iets waar de heer Ebbinge van het bureau Alterra tien jaar geleden al voor waarschuwden.
Paul Keuning